vrijdag 24 januari 2020

Ik dacht dat ik je zag




Ik dacht dat ik je zag vandaag. Van achteren dezelfde coupe, hetzelfde postuur.
Bijna had ik je geroepen, maar toen jouw gelijkenis zich omdraaide, was het een hele teleurstelling, jij was het niet.
Natuurlijk kon dat ook niet zo zijn, maar toch, ik wilde zo graag blijven geloven dat jij het was en mijn ogen bleven de vrouw op haar rug nog lang volgen.
Me even inbeelden dat ik je weer zag lopen, lieve zus, zoekend naar mooie outfits in de kledingrekken.

Op weg naar huis moest ik er zo van huilen.
Wensen dat je de tijd terug kon draaien en alle tragedies ongedaan kon maken, maar daarin zo machteloos zijn.
Ik mis jou en mama nog elke dag. Ondanks de toch regelmatige aanloop in dit huis voelt het binnenin mij zo verlaten, zo alleen op de wereld. En in je uppie moeten vechten tegen je ziekte, het voelt soms zo doelloos. 

Waarom is alles zoals het is?
Ik kan alleen nog maar hopen dat jullie nu bij elkaar zijn en niet meer lijden en gelukkig zijn, ergens op een heel mooi plekje.
Elke dag probeer ik overeind te blijven, voor jou en voor mama, die zo dapper hebben gestreden tegen deze zelfde verschrikkelijke ziekte.
En mag ik dan zo laf zijn om op te geven? Nee lieverds, nee, voor jullie, alleen maar voor jullie is dit gevecht. Dapper zijn, alleen maar dapper zijn.